Er zijn verschillen tussen sprinklerinstallaties en woningsprinklerinstallaties.
Sprinklers beschermen gebouwen, mensen en ook het milieu tegen de gevolgen van brand. Ze maken veilig vluchten mogelijk en zorgen ervoor dat de (bedrijfs)processen minimaal worden verstoord door de gevolgen van brand. Sprinklers zijn zo effectief omdat ze een brand detecteren en automatisch starten met blussen, alleen daar waar het brandt. De meeste branden worden automatisch geblust. Sprinklers reageren alleen op de warmte van een brand, niet op bijvoorbeeld sigarettenrook.
Sprinklerinstallaties ter bescherming van mensen én gebouwen
In de 19e eeuw werden sprinklers uitgevonden om desastreuze branden in textielfabrieken te voorkomen. In de 20e eeuw werd dit concept wereldwijd door fabrieken en verzekeraars overgenomen om de schade als gevolg van brand te beperken. Hoewel het basisconcept niet is veranderd, zijn er in de loop der tijd veel verbeteringen doorgevoerd, zodat sprinklerinstallaties nu nog betrouwbaarder, effectiever en efficiënter zijn. Statische analyses tonen aan dat sprinklers over een unieke doeltreffendheid beschikken in het voorkomen van verlies van gebouwen, eigendommen en mensenlevens.
Iedere sprinklerinstallatie is ontworpen op het specifieke gebruik. Het gebruik bepaald de gevarenklasse en de daarbij behorende hoeveelheid bluswater, de minimale sproeitijd en hoeveelheid water die per m2 nodig is om de brand te beheersen. Sprinklerinstallaties zijn ontworpen om grote vloeroppervlakte tegelijk te besproeien.
Woningsprinklerinstallaties voor veilig vluchten
De meeste slachtoffers van brand zijn in onze woonomgeving te betreuren. In de jaren zeventig is onderzoek gedaan naar woningsprinklersystemen die mensen beschermen. In de Verenigde Staten werden proeven gedaan om te bepalen of een sprinklerinstallatie die direct gevoed wordt door de waterleiding, het risico op letsel en overlijden als gevolg van brand vermindert. De onderzoekers toonden aan dat er woningsprinklers ontworpen konden worden die tijdens een brand in werking treden, voordat de omstandigheden levensbedreigend worden. De brand wordt dan geblust of beperkt, zodat de temperatuur op plafond- en ooghoogte en de concentratie koolmonoxide in de ruimte de normen niet overschrijden. Deze conclusie leidde tot de ontwikkeling van woningsprinklers met enkele unieke kenmerken:
- een veel snellere reactie op brand
- een sproeipatroon dat ook muren, gordijnen en hete rookgassen bereikt
- kleine opening (orifice) voor minder bluswater
Normen en testprotcollen
Underwriters Laboratories (UL) ontwikkelde een gestandaardiseerd brandproefprotocol (UL1626) en National Fire Sprinkler Association NFPA schreef twee ontwerpnormen voor woningsprinklerinstallaties. De eerste is bedoeld voor eengezinswoningen (NFPA 13D), de tweede voor woongebouwen met maximaal vier bouwlagen (NFPA 13R). Beide normen eisen een wateropbrengst van 2,05 mm/m2/min. NFPA 13D stelt dat het systeem genoeg water moet leveren om twee sprinklerkoppen tegelijk van voldoende water te voorzien. NFPA 13R gaat uit van maximaal 4 sprinklerkoppen in één ruimte.
Nederland beschikt sinds begin 2014 over de norm NEN 2077 ‘Sprinklers voor woonomgeving’ . Deze norm volgt in grote lijnen de methodiek van NFPA. De norm is de vertaling van de Scandinavische INSTA900-1 met aanpassingen naar de Nederlandse situatie. In de Scandinavische landen zijn woningsprinklerinstallaties vaak wettelijk verplicht.
Voor de woningsprinklerinstallaties heeft de VWI (de Verenigde Woningsprinkler Installateurs) een specifieke website brandveiligwonen.org ontwikkeld.
De zogenaamde ‘waterleidingsprinkler’, een private ontwikkeling, valt buiten de scope van de reguliere en woningsprinklerinstallaties.